Peter Vandermeersch
uit een interview met Peter Vandermeersch, De Zonnekeuken (herfstnummer ITA 2018) - met enkele kleine persoonlijke aanpassingen.
“Vanuit de antroposofische omgang met voeding kun je ruimer en breder leren kijken naar wat je bereidt en eet. Je leert zien dat eten meer is dan een verzameling voedingsstofjes. Dat voedsel ook levenskracht in zich draagt. En dat voeding een werking heeft op ons bewustzijn, op ons denken, voelen en willen. Deze inzichten kunnen de hedendaagse voedingsleer ongelooflijk verruimen. In plaats van het in stand houden en verbeteren van onze fysieke gezondheid – het doel van de huidige voedingswetenschap – zou met deze aanvullingen, voedingswetenschap in dienst kunnen gaan staan van onze bewustzijnsontwikkeling.
…
Wat moet je eten? Steiner beschreef dat we in onze tijd met een ernstige verslechtering van de voedingskwaliteit te maken zouden krijgen. Dat die armer zou zijn aan levenskrachten.
…
In de biologisch-dynamische landbouw legt men een groter accent op de kwaliteit, op het ontwikkelen van levenskracht in de voeding. Daarom hecht ik ook veel waarde aan de manier waarop voedingsgewassen groeien en hoe dieren worden verzorgd. Vanuit welk idee of ideaal werkt iemand? En werkt iemand aan zijn of haar ideaal met opmerkzaamheid, liefde en inzicht? Organismen die zich eerder kwalitatief dan kwantitatief hebben kunnen ontwikkelen, bezitten een gezonde vitaliteit – ook wel etherkracht of vormkracht genoemd. Deze kracht houdt ons ‘in vorm’. Voeding uit industriële complexen draagt geen of weinig van die organiserende vitaliteitskrachten in zich en kan daarom onze wilskracht niet ondersteunen.
…
In de veel gehanteerde voorstellingen die als basis gelden voor gezonde voeding, zoals de Voedingsdriehoek (BE) en de Schijf van vijf (NL), vind je bijvoorbeeld kruiden niet terug als essentieel voedingsonderdeel, terwijl zij net een gerecht kunnen harmoniseren. Kruiden voegen licht- en warmtekrachten toe. De etherische oliën van kruiden zijn aan de ene kant enorm geconcentreerd en tegelijk zeer vluchtig. Daardoor hebben ze specifieke kwaliteiten, waarmee je kunt leren koken. Bij een juist en vakkundig gebruik doordringen ze de gerechten en maken die beter opneembaar én verteerbaar.”